Boer Dinku Jiru koopt zelf een koe en krijgt krediet voor een tweede koe. Dinku bezit eigen land en huurt bovendien een kleine 5 ha land. De stal voor de twee koeien is in aanbouw. Het wordt een grote, hoge stal. De boer heeft een baan bij de overheid in Debre Zeit. Zijn vrouw Belay Nigusie en kinderen runnen het boerenbedrijf.
Dinku doet hij mee aan de voorlichtingsbijeenkomsten die onder leiding van veearts Tesfaye worden gehouden. Er zijn zoveel extra vrije dagen in Ethiopië (er zijn ongeveer 200 heiligen), dat hij ook vaak thuis is en mee werkt bij het verzorgen van het vee.
Twee van zijn kinderen zijn afgestudeerd aan de universiteit. Twee kinderen gaan naar de middelbare school en de kleintjes gaan naar de basisschool in Hidi.
Op het erf ligt een kleed met witte bonen te drogen naast een kleed met rode peper.